De markt groeit dagelijks door de komst van nieuwe producten. Inmiddels is een product in iedere kleur, soort en maat verkrijgbaar. Echter kan dit leiden tot onrust bij de consumenten: “Waar gebruik ik wat voor?”
De situatie komt regelmatig voor als het gaat om het gebruik van schroeven, zeker nu de lockdown is afgekondigd. Inmiddels zijn er tientallen verschillende schroeven verkrijgbaar; de gereedschapskist blijft maar groeien. Het is dan ook begrijpelijk dat de consumenten somtijds kwijt zijn wanneer welk soort gebruikt moet worden. Aan de hand van dit artikel zul je voortaan op de hoogte zijn van de verschillen tussen de meest gebruikte schroeven.
Spaanplaatschroeven
Een spaanplaatschroef heeft een zogenaamde posidriv-kruiskop en schroefdraad tot aan de kop. Dankzij de grove winding en scherpe punt van de schroef is voorboren vaak niet nodig; de schroef draait gemakkelijk in het hout.
Gipsplaatschroeven
Ten opzichte van de spaanplaatschroef is de schroefdraad fijner bij de gipsplaatschroeven. Deze soort schroef beschikt over een Philips-kruiskop, waardoor er altijd een PH of PZ-schroevendraaier gebruikt zal moeten worden.
Woodies schroeven
De Woodies schroeven zijn voorzien van een speciale punt, waardoor de schroeven in staat zijn om het hout sneller te ‘grijpen’. De freesribben onder de kop zorgen er namelijk voor dat de schroeven beter in het hout verzinken en schachtribben zorgen ervoor dat de schroeven makkelijk het hout in draaien.
Parker
De parker valt onder de metaalschroeven. De schroef is voorzien van een vlijmscherpe schroefdraad die doorloopt tot de kop van de schroef. De parker zal zelf een schroefdraad in het metaal vormen. Bij het gebruik van een parker is het raadzaam om vooraf, met een metaalboortje, het metaal te boren met een kleinere diameter dan de dikte van de parker.